UKANDANZ - YEKETELALE

Hoewel dit Franse ensemble aan zijn derde plaat toe is, na “Yechelal” (2012) en “Awo” (2016), hadden we het in deze kolommen niet eerder over de band. Vandaag bestaat die, na een wissel van ritmesectie, uit Damien Cluzel (gitaar), Lionel Martin (tenorsax), Adrien Spirli (bas) en Yann Lemeunier (drums), aangevuld met de Ethiopische zanger Asnake Gebreyes, een ancien uit de Ethiopische scene, wiens cassette “Ahadu”, die al uit 1988 dateert en nooit buiten Afrika geraakte, maar vorig jaar door Buda Music opgedolven werd en op CD uitgebracht.

Op die cassette stond toen “Weyene Ajir”, dat in Ethiopië een behoorlijke hit werd en als signatuursong voor Asnake geldt. Wel, dat nummer staat ook op deze plaat, in een remake met de nieuwe Franse vrienden dus, en die herwerking is eigenlijk de synthese van de hele plaat: bas en sax zijn heel nadrukkelijk in elk nummer aanwezig en benadrukken het jazz-aspect van de songs. Nochtans wordt ook naar mogelijke dansers gekeken -dit is in wezen clubmuziek- en die worden dus op hun wenken bediend.

Ik ben totaal geen kenner van de verschillende dansstijlen, die dat deel van Afrika kenmerken, maar ik kan wel merken dat opener “Gesse” (zie bijgevoegde clip), meteen de toon zet en redelijk onweerstaanbaar op je dansspieren werkt. “Gedawo” is meer van elektronica voorzien, al klinkt ook daar de sax meer dan aanlokkelijk en zet ook deze track je minstens aan het wiebelen op je stoel.

Daar staat in schril contrast “Enken Yelelebesh” tegenover, een sleper, die we in de sixties hier een “plakker” genoemd zouden hebben. Die adempauze duurt echter niet lang: met “Ere Gedamu” gaat het weer fluks vooruit, een beetje in Tamikrest-stijl. “Yene Hassab” is dan weer een muzikaal buitenbeetje: er zal wel een specifieke term bestaan voor de wat hikkende zangstijl die loops rond de pompende bas heen draait en waartegen de gitaar en de sax op Morphine-achtige staan te duelleren. Ik ken die term niet, maar ik weet wel dat dit nog maar eens onweerstaanbaar klinkt, al is het eigenlijk slechts een opstapje naar dé kerntrack van de plaat, “Fetsum Deng Ledj Nesh / Ashake’s Bet”, een schitterend werkstuk van ruim negen minuten, dat je -weliswaar zonder al te veel moeite hoeven te doen- helemaal over de streep haalt. De sax en de zang zijn op dit nummer eenvoudigweg fenomenaal en de drum- en gitaarpartijen tillen deze lange som op tot een duizelingwekkend hoog niveau.

Voor de afsluitende twee songs, “Beyet New Mengedu” en “Askaru” is het wat sneu daar te moeten tegen opboksen: intrinsiek net zo goed prima songs, maar toch wat bleekjes in vergelijking met die lange van hierboven. Hoe dan ook: ik vind dit een ronduit fantastische plaat, waar je niet alleen mar kunt op dansen: gewoon luisteren kan ook en het blijkt ook nog eens heilzaam voor je humeur. Zelf ervaren….

(Dani Heyvaert)

 


Artiest info
Website  
 

label : Buda Musique
distr.: Xango

video